Geproefd: Bonjardim, Portugese natuurwijn

Portugese natuurwijn van Hollandse komaf. Die mocht ik een tijd geleden proeven en deed dat met een select groepje heel bekwame smaakmakers uit de wereld van specialty coffee, bean-to-bar chocolade en wijn-spijscombo’s: Martijn van Sun Sun Coffee, Ray en Sanna van The Chocolate Shop en Jan Willem, sommelier van strandpaviljoen De Kwartel. Standplaats: Den Haag.

Over Bonjardim: Huub en Wil zijn een voormalige melkveehouder en onderwijzeres uit Nederland. Sinds 1989 maken ze biologische wijn in centraal Portugal. Low-intervention kun je zeggen. Met zo min mogelijk ingrepen of toevoegingen, hooguit wat sulfiet. Het wijndomein stamt uit 1756. Geheel naar eigen inzicht en bij de start ‘niet gehinderd door enige kennis van zaken’ gaven Huub en Wil daar hun draai aan het maken van zo natuurlijk mogelijke wijnen. En dat ging zo goed dat ze daar bijna jaarlijks prijzen voor kregen, en krijgen. Of wij die wijnen ook prijswaardig vonden, gingen we testen.

Bonjardim mousserend. Druif: baga, oogstjaar: 2015. Gemaakt van rosé levert dat een donkerroze sparkle op die subtiel ruikt naar bloedsinaasappel en grapefuit, naar Aperol spritz zelfs. Een ingetogen geur en makkelijk drinkbaar, concluderen we al snel. De wijn heeft een fijne tanninestructuur maar er had wat meer rood fruit in gemogen. Kan inherent zijn aan het druivenras. Hoe dan ook, ik krijg er trek van en dat is voor mij bij mousserende wijnen altijd een goed teken. Maar wat eten we er dan bij? Jan Willem, heel specifiek: Ik denk aan een lauwwarme salade van coquilles met saffraan, ras-el-hanout en grapefruit. Tjonge.

Dan onze favoriet, met afstand: Bonjardim wit 2021. Wit op zijn roodst. Oranje wijn dus. Ongefilterd, ongekunsteld, eerlijk sap. Herkomst: Terras de Beira. Druiven: ferñao pires en alvarinho. We ruiken vlierbloesem, acacia, sinaasappelschil, perzik, abrikoos – behoorlijk geparfumeerd. En daarna volgt de smaak naadloos op de geur, wat niet per se logisch is bij natuurwijn, aangevuld met heerlijk zilt en bitter. Aanwinst voor het segment!

Tijd voor rosé: Bonjardim rosado 2021, van touriga nacional. Iets stoffig, maar stoer en krachtig. Rechtuit-sap van rode vruchtjes, en een oranjewijn-achtig karakter. Goed gemaakt met een doorleefde smaak, niet van dat fris-fruitige. 100 procent een wijn om wat bij te eten. Smaakmaker.

We sluiten af met een trio van rood, waarvan we de eerste twee naast elkaar proeven. Bonjardim rood 2017 en 2016, mooi vergelijk. Een blend van touriga nacional en syrah.
2017: Iets stallig met stoer, donker fruit. Romig, veel structuur én sap, peperig. Verteerbaar, plezierig, en in verhouding tot de prijs.
2016: Rood fruit zoals kersen, ijzer. Iets vegetaal. Fris, strak en doordrinkbaar. Lekker bij risotto met paddenstoelen. Of, en dat testten we ter plekke, met de bijzondere yuzu/shichimi-chocolade van Krak – wow!

Ten slotte: Bonjardim rood reserva 2016. Ook touriga nacional en syrah. Nou, we hebben beet hoor. Het is boers en beestachtig – op de best mogelijk bedoelde manier. Vlezig en landerig, tegelijkertijd romig en juicy, met fraaie kruiderij waarin laurier de boventoon voert. Knap sap!

En zo luidde het oordeel van de geheel objectieve jury. Op naar de volgende sessie met onder andere Nederlandse en Hongaarse natuurwijn en Champagne zonder sulfiet!

Bonjardim | The Chocolate Shop | Sun Sun Coffee | De Kwartel

Nooit saai

‘Ik heb wijn, nodig. Veel wijn.’ Hij is een jaar of veertig, misschien iets ouder. Goeie kop, bos donkere krullen, studentikoos. Zo te zien een cabaretier, een plaatselijke kleinkunstenaar. Of een gynaecoloog uit Amstelveen. Kan ook. Wat in ieder geval zeker is: goeie kop is niet blij. Dat zie je zo. ‘Je hoeft niet meer te wachten, ik bestel nu gewoon.’ De serveerster, in zwart, neemt schijnbaar stoïcijns zijn wensen op. Links van ons zit een Brits stel. We zagen haar al op het terras aan de gracht. Na het aperitief aldaar sluit ze bij hem aan, een tafeltje in de hoek. Na het glas champagne volgt de witte wijn. Hij gaat op veilig: Saint-Véran. Chardonnay uit Bourgogne. De Engelsen kennen hun klassiekers en wijken daar slecht van af. 

De sommelier, of in ieder geval de man die er meer van weet, is met vakantie. ‘Nou, u weet ze wel uit te zoeken.’ Ik zit met vragen over drie wijnen van de kaart en de antwoorden blijft de vriendelijke bediening me schuldig: ‘Sorry, dat komt wel heel klunzig over.’ We zeggen dat het niets uitmaakt maar dat is natuurlijk maar half waar. Bijzondere wijnen uitzoeken op de kaart, ik heb er een neus voor. ‘Mag ik ze anders even zien?’, vraag ik. Dat kan. Het duurt een poos, en dan staan er twee van de drie voor diezelfde neus. ‘De derde kan ik nog even niet vinden’, klinkt het verontschuldigend. Geeft niet, proberen we weer. Echt niet. 

Rechts van ons zitten twee mannen. Ze spreken Engels, maar zijn het niet. Amerikaans, misschien? Ik twijfel, want kan het accent niet goed plaatsen. Hoe dan ook, waar de een netjes maar voorspelbaar gekleed gaat, zit de ander er nogal casual bij. Nog lang niet zo vrijblijvend als mijn overbuurman, die zo van het strand lijkt te komen met zijn herrieshirt, camouflageshort en slippers. Waarom doen mensen niet wat meer hun best als ze uit eten gaan? Ik ben voor een ontspannen sfeer en niet van dat opgeprikte, maar laten we van een speciale gelegenheid ook een speciale gelegenheid maken. Afgesproken? Alvast dank.

Goed.

De disgenoot van netjes maar voorspelbaar valt op. Vooral zijn gezicht, of nou ja het gebrek aan zicht op zijn gezicht. Een lichtblauwe cap op het hoofd, een meekleurende zonnebril en een mondmasker, netjes over de neus geklemd. Een bont trio dat hij ook aan tafel dapper op zijn plek laat. Zelfs het masker. Nee, niet bij het drinken en eten. Ik hoor je.

Goeie kop kijkt ineens heel anders. Een slanke, nogal oververhitte blonde vrouw spoedt zich naar zijn tafeltje. Hij staat lachend en opgelucht op, een knuffel. Ze schiet uit haar colbertjasje en gaat zitten. Eronder draagt ze een eenvoudig wit shirt met daaronder weer een zwart bh’tje. Mij valt dat op. Maar mag het ook van de modepolitie? ‘Ik zou het niet doen.’ Mijn vrouw is vrij uitgesproken in dit soort triviale kwesties. De keuze is gemaakt, ik bestel een riesling uit de Lorraine, noordoost-Frankrijk. De wijnmaker in kwestie maakt in Metz natuurwijn van ingekochte druiven, leer ik later, in zeer kleine batches van 65 flessen per keer. Een voltreffer. Geen allemansvriend, dat niet. Met een zuurgraad om van te zingen. Spanning. Eindeloos. 

‘We had this exact same wine four years ago’, hoor ik naast me. Er staat een slanke fles met oranje etiket op tafel. De serveerster biedt netjes en voorspelbaar aan om bij te schenken maar dat is niet meer nodig. De fles Cuvée XII van Apostelhoeve is leeg. Ik heb het niet getimed maar ik gok dat ze dat in maximaal twintig minuten gecheft hebben. Knap. 

Er is iets met goeie kop en blonde dame. Hij eet, zij niet. Kan. Maar ondanks dat ze naar elkaar toe gedraaid zitten en de blikken veelzeggend zijn is er geen fysiek contact. Niet even een aarzelende hand op een knie, geen vertrouwde vingers die zich in elkaar strengelen of een vluchtige kus. Zijn trouwring doet bovendien de speculaties op hol slaan. Hebben we hier met een ontluikende affaire van doen? Is het simpelweg zijn zus? Of toch zijn lievelingspatiënte? Je weet maar nooit. 

Het Britse stel is ineens weg en een moment later nemen twee donkerharige mannen van ergens tussen de 30 en 40 jaar hun plek in. Een van hen kijkt het eerste half uur naar niets anders dan zijn telefoon. Hij heeft noch oog voor zijn tafelgenoot noch voor het etablissement. Enigszins verveeld bestelt hij uiteindelijk een fles champagne. Welke? Maakt niet uit. O, en dan is er nog het stel tussen deze twee mannen en goeie kop in: man en vrouw, zij drinkt niet, hij wel. Veel. Hij heeft er lol in wijnen per glas te laten komen. De laatste twee, drie had hij beter kunnen laten. Het leidt wel tot spontaan gedrag, maar iets zegt mij dat de manier waarop hij het hoofd van zijn partner met beide handen pakt om vervolgens zijn tong aan haar mond op te dringen niet op prijs wordt gesteld. Haar gezicht spreekt boekdelen en ik hoor haar bijna ‘Is het weer zo laat?’ zuchten. Nou vooruit, voor mij nog een glas 1994’er Bacchus Beerenauslese van het Rheinhessische Weingut Carl Koch als afsluiter. Een fijne finale.

Het is inderdaad al best laat. We zitten er al een tijdje. Te genieten. Want je merkt het, de Nederlandse horeca is nooit saai. Zo lang je er maar oog voor hebt. En een een goede neus.  

De Groene Hamersma: Italië

Als bewaker van alles duurzaam en groen spot ik voor De Groene Hamersma naar internationaal wijnnieuws over klimaat, recycling, energie, natuur en zo verder. Alles waar de wijnwereld mee te maken heeft en iets mee moet – of zou mogen moeten.

Ik ben kritisch maar merk dat ik de boodschapper graag het voordeel van de twijfel geef. Neem het Italiaanse initiatief Divinoinvaso (van wijn tot vaas), van Cantina Toblino in de provincie Trentino. Zelden zag ik zoveel ‘groen’ in één campagne.
Nieuwsgierig? Lees hier wat deze wijnmaker allemaal aan groens te melden heeft.